Probleem met definitie hoarding in DSM-V
De potentiële diagnostische criteria voor hoarding in de DSM*-V (Mataix-Cols et al., 2010) zijn:
a) aanhoudende moeite om afstand te doen van bezittingen, een grote noodzaak om dingen te bewaren en pijn en besluiteloosheid ten aanzien van dingen wegdoen;
b) een opeenhoping van een enorm aantal bezittingen, die belet om de leefruimtes in huis te gebruiken voor het beoogde doel;
c) significant lijden of beperkingen in belangrijke functioneringsgebieden, en
d) de verzamelsymptomen worden niet veroorzaakt door een medische conditie (zoals onder andere een hersenbeschadiging) of een mentale stoornis (zoals onder andere dementie en autisme).
* Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders Uit: Problematische verzamelaars onder redactie van José van Beers en Kees Hoogduin, Uitgeverij Boom Amsterdam, 2012, pag 32, H 2 Randy Frost en Elizabeth Rosenfield
Mijn probleem met deze concept-definitie in de DSM-V: Met deze definitie wordt beoogd de ‘pure’ hoarders te categoriseren. Zo worden onder d) hoarders met een mentale stoornis uitgezonderd van de ‘pure’ hoarders. Ik neem aan dat ze ad(h)d ook typeren als een mentale stoornis. Dit zou betekenen dat alle hoarders met ad(h)d niet onder de definitie van hoarders in de DSM-V vallen, althans in ieder geval niet de hoarders die de officiële diagnose hebben van ad(h)d.. Dat betekent dat zij ook geen gebruik kunnen gaan maken van de geldstromen waarop ik hoop voor de doelgroep. Ik vraag me sowieso af hoeveel ‘pure’ hoarders er overblijven als we deze definitie als maatstaf gaan nemen……